Na de Eerste Wereldoorlog werd de aanleg van elektra algemeen. In de jaren dertig probeerde de overheid met speciale campagnes en affiches het gebruik van elektrische apparaten te stimuleren. De eerste installaties bestonden meestal uit niet meer dan een peertje (lichtpunt) en een stopcontact in de belangrijkste kamers.
Oude emaille lampenkap met moderne lamp
Kenmerkend waren de ijzeren mantelpijpen, de bakelieten schakelaars en het stroomdraad met rubberisolatie, omsponnen met katoendraad; in de volksmond ‘stoffen bedrading’ genoemd. Dit rubber is door veroudering vaak verpulverd, zodat het stroomdraad bloot komt te liggen.
Bakelieten schakelaar met ijzeren mantelpijp
In veel oude panden zijn restanten van deze installaties nog aanwezig. Vaak is de installatie diverse malen uitgebreid of gedeeltelijk vervangen, zodat het een ratjetoe van oude en nieuwere stukken is. Dit levert gevaarlijke situaties op. Ook is vaak sprake van overbelasting vanwege het ontbreken van voldoende groepen. Bij het aantreffen van dergelijke oudere delen is het raadzaam een erkend installateur in te schakelen en de afgedankte delen van de installatie te laten verwijderen.
Bekabeling, slordig uitgevoerd (waarschijnlijk extra kabels toegevoegd)
In het pleisterwerk wijst op aantasting van ijzeren elektriciteitspijpen in een doorgaans vochtige muur. De enige afdoende oplossing is om met een metaaldetector het leidingverloop vast te leggen en de leidingen te vervangen door kunststof exemplaren.
In verband met de veiligheid worden de oude stoppenkastjes steeds meer vervangen door een nieuwe groepenkast met aardlekschakelaar. Deze schakelt bij kleine lekstroompjes de installatie uit. Hierdoor is de kans dat personen en apparaten onder stroom komen te staan, vrijwel uitgesloten. Gevaarlijk is het ontbreken van een goede aarding, vooral in badkamers en andere ‘natte ruimtes’ en bij ijzeren leidingen zoals van de verwarming.
In de laatste decennia is op veel plaatsen een wirwar van bedradingen aangelegd ten behoeve van computers en andere systemen. Samen met de verschillende knooppunten van stekkers en verlengsnoeren zijn dit potentiële risico’s voor kortsluitingen. Als mensen die in zo’n pand werken of verblijven iets overkomt door een ondeugdelijke installatie, is de eigenaar aansprakelijk. Deze heeft de zogenoemde zorgplicht.
De rode lamp geeft aan dat er nog licht brandt in de toren, misschien is nog iemand aanwezig