Vogels

De vogels op, rond en in onze monumentale gebouwen laten zich opdelen in twee groepen: Vogels die schade of overlast bezorgen en die we daarom liever weghouden, en vogels die we zonder veel risico in en om onze monumenten mogen toelaten.

Vogelsoorten die overlast bezorgen, zijn vooral verwilderde stadsduiven, maar ook meeuwen, spreeuwen, kraaien en kauwen. Ze vormen vaak een ware plaag, niet in de eerste plaats door hun massale aanwezigheid, maar vooral door de schade die ze veroorzaken aan gebouwen. Achtergelaten vuil (nestmateriaal, mest, voedselresten en kadavers) kan de goten en afvoeren verstoppen. Droge takjes die ze deponeren in schoorstenen en op zolders zijn brandgevaarlijk. In het nest- en mestmateriaal leven ook heel wat parasieten en insecten die de historische interieurs kunnen aantasten. Uitwerpselen bevatten bovendien bestanddelen die reageren met de bouwmaterialen en zo een versnelde verwering in de hand werken.

Huismussen, zwaluwen, gierzwaluwen, uilen geven echter weinig overlast. Verschillende soorten zijn beschermd of komen zelfs voor op de rode lijst van kwetsbare, bedreigde of met uitsterven bedreigde vogelsoorten. Om ze niet te verjagen en hun nesten niet te verstoren moet er vooral bij restauratie- of renovatiewerken rekening gehouden worden met hun aanwezigheid.

Om verontreiniging, chemische schade en vooral waterschade te voorkomen, is het belangrijk om goten, platte daken en afvoeren vrij te houden van nestmateriaal, kadavers, takken en bladeren door ze regelmatig te reinigen. Wees alert wanneer het regenwater niet de normale weg volgt en probeer zo snel mogelijk verstoppingen ongedaan te maken.

Een effectieve manier om vogels te weren, ook op lange termijn, is om openingen en nissen af te spannen met netten van gegalvaniseerd of roestvrij staal, of van een stevige UV-beschermde kunststof (polyethyleen, polipropyleen, nylon). Als de netten goed aangebracht zijn, is de methode bovendien diervriendelijk. Netten en gaas kunnen een monument echter ontsieren. Het gebouw kan ook fysieke schade lijden door de manier waarop ze worden geplaatst.

Restauratie en renovatie vormen een grote bedreiging voor beschermde of nuttige vogels. Met een beetje extra moeite en wat extra geld kunnen bestaande nestruimtes be­houden blijven of kan vervangende nestgelegenheid gecreëerd worden. De extra kosten zijn verwaarloosbaar in de totale bouwsom.

 

Met subsidie van: